Cadeau
Ruim 35 jaar jaar geleden gaven Rotterdamse bouwbedrijven en architecten de Rotterdamse wijken een cadeau. Een 2de hands circustheatertent en een oude vrachtwagen. De tent en toebehoren werd in 1986 in beheer gegeven van de stichting Rotterdams Volkstheater. De stichting kreeg de opdracht ‘De Tent’ te exploiteren en cultuur en theater naar de wijken toe te brengen.
Eerste tenttournee
In 1987 is de eerste ‘tenttournee’ door de Rotterdamse wijken. Nu, een kwart eeuw later, trekt ‘De Tent’ van het Volkstheater nog steeds door de Rotterdamse wijken. Inmiddels uitgegroeid tot een stichting met een grote achterban van artiesten en beeldend kunstenaars en in het bezit van compleet ‘tentenpark’ van in totaal twaalf grote en kleine tenten.
De Tent wordt in de loop der jaren voor de meest uiteenlopende doeleinden gebruikt. Van amusement tot kunst en theater. Wijkfeesten, bingo’s, theateravonden, kinderprogramma’s, Opzoomerdagen, wijkdiners/ontbijten, theater in al haar vormen, circusoptredens, dans en wereldmuziek…het kan allemaal in de Tent.
Een parade aan artiesten traden er in de loop der jaren op; De Berini’s, ‘Het Groot Niet Te Vermijden show en dansorkest’, Loes Luca, Sinfonia Rotterdam, Pierre van Duyl en vele andere nu bekende Rotterdamse muziek – en theatermakers. Maar ook de beroemde Amerikaans/Nederlandse Jazz accordeonist Mat Mathews en buitenlandse gasten zoals het Mozambiquaanse koor ‘Makwaela dos TMP’, of de Kora speler Lamin Kuyateh, een van de beste Balinese danseressen: Ni Ketut Wirjati. Het ging echter niet zonder slag of stoot.
Kunst in de Wijk
Eind tachtiger jaren maakt het Rotterdams Volkstheater woelige tijden mee. Het Volkstheater viel tot dan toe onder het kunstbudget gericht op activiteiten in ‘de wijk’. Met de decentralisatie van het budgetten ‘Kunst in de Wijk’ viel eind tachtiger jaren de financiële basis onder het Rotterdams Volkstheater weg. Vanaf dat moment was het Volkstheater aangewezen op alle deelgemeenten afzonderlijk, bij iedere deelgemeente diende apart subsidie aan te worden gevraagd. Daarnaast deed het Volkstheater een beroep op diverse culturele fondsen en probeerde zij het hoofd boven water te houden door eigen bijdragen te vragen aan de wijken die ‘De Tent’ wilde inzetten. Eind tachtiger jaren loopt dit spaak.
Het overgehevelde budget voor ‘Kunst in de wijk’, waaruit tot dan toe de exploitatie van De Tent werd bekostigd, is dan overgeheveld naar de deelgemeenten. Niet alle deelgemeenten steken dit budget in kunst en cultuur blijkt uit de praktijk maar gebruiken het budget als een welkome aanvulling op de algemene middelen. Er is dan ook (centraal) geen geld meer voor de exploitatie van ‘De Tent’.
Sponsortheater
Het Volkstheater kan in genoemde situatie niet anders dan haar hoofd boven water houden dan met sponsorgelden. In 1989 bekostigd de dienst Gemeentewerken samen met de ROTEB een groot deel van het tentprogramma de tegenprestatie is de voorstelling ‘Rotterdam Schoon met Circus Kroon’ in het kader van de campagne ‘Rotterdam Schoon’. Sponsortheater dus. Een voorstelling met muziek, liedjes en circus maar met een duidelijke boodschap en aan het eind.
In 1990 is Rotterdam jarig en zijn er een aantal extra subsidiepotjes beschikbaar voor activiteiten in en met de Rotterdamse wijken. Ook het Volkstheater maakt hier gebruik van. De voorstelling ‘Kobalti Kobalti’ die in het kader van ‘Rotterdam 1990′ zo’n 40 keer in De Tent is te zien. Na 1990 houdt het weer op voor het Volkstheater. Er is geen vaste exploitatie-subsidie meer en sponsors zijn na het debacle van het feestjaar 1990 erg huiverig om sowieso nog ergens in te stappen.
Reddingsactie
Met een gezamenlijke krachtsinspanning van de artiesten, de Rotterdamse buurt – en wijk-organisaties, het opbouwwerk, een aantal lokale politici en het bureau ‘Sociale Vernieuwing’ wordt ‘De Tent’ op de politieke agenda. Het lukt een kleine financiële basis te leggen onder het Rotterdams Volkstheater middels een vast subsidiebedrag met een looptijd van drie jaar. Onder het toeziend en controlerend oog van de Rotterdamse Kunststichting krijgt het Rotterdams Volkstheater dus een paar jaar de kans zich te bewijzen.
IL Tensio
Met dit exploitatiebudget lukt het om in 1993 voor het eerst van start te gaan met een theaterproductie voor de Rotterdamse wijken. De muziektheatervoorstelling ‘Il Tensio’ wordt geboren (artistieke leiding van Rien Kroon).
Aapje Aapje, Werelddorp, de Vliegende Hoorspelshow
In 1994 komen er twee tentproducties bij: het peutertheaterprogramma ‘Aapje Aapje’ gespeeld en verteld door een Turks en een Nederlands acteur en Marokkaans actrice. En het vertelprogramma ‘Werelddorp’ onder artistieke leiding van de storyteller Paul Middellijn. De Vliegende Hoorspelshow is een muzikale en theatrale wereldreis van theatermaker Aad Wieman
In 1995 heeft het Rotterdams Volkstheater vijf eigen theaterproducties: Il Tensio (deel 2), Werelddorp, Aapje Aapje en de jeugdtheatervoorstelling ‘De Vliegende Hoorspelshow’. Het Werelddorp en ‘De Vliegende Hoorspelshow worden op en voor een groot aantal Rotterdamse scholen gespeeld.
In 1996 wordt besloten de financiële bijdrage aan de exploitatie van ‘De Tent’ te continueren. Voor een groot deel van de kosten blijft het Volkstheater echter afhankelijk van alle deelgemeenten afzonderlijk, eigen bijdragen van de wijken en de cultuurfondsen.
Hekken en sfeerbeheer
De toenemende onveiligheid en het aantal incidenten dwingt het Volkstheater tot een aantal drastische veranderingen van haar aanpak qua organisatie en programmering. In 1996 besluit het Volkstheater ‘De Tent’ op een andere manier in te zetten maar ook om qua programma een andere keus te maken. De Tent komt niet meer kaal op het wijkplein te staan. De Tent wordt in de hekken gezet en er komen meer tenten en activiteiten op het gecreëerde tentterrein. Zo wordt ‘De Tent’ meer en meer een reizend festival.
Ook wordt ‘sfeerbeheer’ uitgevonden. Geen ‘security, uniformen en portofoons maar aparte tentmedewerkers die in samenwerking met betrokken wijkbewoners verantwoordelijk zijn voor de sfeer en veiligheid op en rond het tentterrein. De sfeerbeheerders overleggen van tevoren uitgebreid met de wijkagenten van politie en de wijkorganisatoren over veiligheid voor medewerkers en publiek en maken organisatiedraaiboeken.
De aanpak helpt. Het aantal incidenten loopt drastisch terug en de wijkevenementen worden aantrekkelijker en veiliger voor bezoekers, artiesten en tentmedewerkers. Voor het leefklimaat in een buurt is een geslaagd wijkfeest fantastisch, rampzalig is het echter wanneer dit in het water valt vanwege een ruzie, vechtpartij of ander incident.
Nieuwe programmering
Door veranderde omstandigheden in de Rotterdamse wijken veranderd vanaf 1996 ook het programma. Een kort theaterprogramma van 50 minuten is in de wijken niet langer haalbaar en trekt niet het gewenste ‘brede publiek’. Daarnaast blijkt er veel behoefte te zijn aan langere programmering omdat de organisatiegraad in de Rotterdamse wijken flink is teruggelopen. Men is niet in alle wijken meer zelfstandig in staat een wijkfestival qua programmering en organisatie goed op poten te zetten. Er wordt gezocht naar een nieuwe formule waarin het aanbod meer kleurrijk (multicultureel) en middagvullend is.
Een programma dus waarin vele culturele uitingen de revue passeren maar wat boeiend is voor een breed publiek, zowel qua leeftijd als culturele achtergrond. Een breed programma dat meer aansluit op de bevolking in de Rotterdamse wijken. Acts die kort en krachtig zijn, muziek die iedereen aanspreekt. De formule wordt bij ‘het circus’ gevonden.
Een programma met een breed scala een wereldartiesten, live begeleidt door een wervelende tentband, afgewisseld met bruisende circusacts zoals acrobaten, clowns en jongleurs. De circusacts worden vaak speciaal voor het programma ontwikkeld. In de pauze’s van het programma zijn ook diverse voorstellingen buiten De Tent, tevens kan men actief deelnemen aan workshops en kunstprojecten. Ook dit is nieuw in deze aanpak.
Wereldcircus
Het nieuwe programma werd ‘het Wereldcircus’. Een programma met een groot aantal verschillende artiesten afkomstig uit of beïnvloed door verschillende culturen. Het is een programma waarin de wereldacts elkaar in een hoog tempo opvolgden. Waar je ook vandaan kwam, er zat altijd wel iets vertrouwds in het programma en dat vertrouwde is heel vaak de rede waarom mensen zich openstellen om ook de onbekende acts met vergrootte aandacht tot zich te nemen.
Het Wereldcircus ontpopte zich tot een programma dat zich binnen dit vaststaande kader iedere keer weer bleef vernieuwen. Niet alleen kwaliteit en eigenheid werd van de artiesten verlangd, maar zeker ook het vermogen te improviseren. Het vermogen om in te spelen op de immer wisselende locaties en omstandigheden… Op het Dunya-festival met een aandachtig festival-publiek speelt het heel anders dan wanneer je ergens in een oude wijk staat en het publiek voor je moet zien te winnen… Twee totaal verschillende situaties waar je met één en hetzelfde programma op in moest kunnen spelen. Gedurende een seizoen versmolten de verschillende acts al improviserend meer en meer tot één organisch geheel dat naar believe groter of kleiner kon worden, kon vertragen of versnellen.
Fantastische artiesten als Paul Middelijn, Jos Valster, Frenk van Meeteren, Ludo Pieters, Evert Willemstein, Lamin Kuyateh, Papa Benji, Jacqueline Castro Ravelo, Pierre van Duyl, Louis de Bij, Ruut van Hooft (clown Baff), Circus Klomp, Duo Dijkstra, B.Biloe, Matt Mathews, Jugglin’ Jay, Veronica Castro, de Koto Missies, Nilo Berrocal , Ni Ketut Wirjati, Ray Xaluki, Fref & Fred Star, Marius Preda, Angele Jorna, Winston Scholsberg, Gi-Jo, Geert Chatroux…ze vormden in wisselende samenstellingen de basis van dit vreemdsoortige circusprogramma. Een wervelend programma gericht op alle mensen van jong tot oud, in de eerste plaats voor de Rotterdamse wijken.
Randprogrammering
Naast de Wereldcircus programmering in de grote tent speelden er zich allerlei kleine satelliet programma’s af in de kleine tenten rondom de circustent:
‘De Kleurbende’ is een kinderkunstproject met een inmiddels lange traditie. Gelijktijdig gestart met het Wereldcircus in 1996 stelt de Kleurbende kinderen in de gelegenheid om te schilderen.De uitgangspunten zijn simpel: Een leeg paneeltje, kwasten en de primaire kleuren. De kinderen worden bij het schilderen bijgestaan door (veelal) Rotterdamse beeldend kunstenaars. Het is (bijna) nooit thema gebonden en er bestaan geen prijzen voor het beste schilderij. De gemiddelde tijdsduur is 20 minuten per schilderij. De schilderijtjes worden bewaard en tentoongesteld op het festivalterrein. Later worden ze als bouwsteentjes gebruikt voor het maken van installaties bij andere evenementen.
‘De Verhalentent’. Verhalenvertellers Faruk Dikici, Angel Jorna en Nilo Berrocal vertellen in een oosters ingericht tentje (geschikt voor 20 tot 30 bezoekers) de meest fantastische verhalen over het. Ook kwamen er in de afgelopen jaren meerdere collega vertellers als gast vertellen in het verhalententje.
‘Poppentheater’. In de pauze’s van het programma in ‘De Tent’ speelt er standaard een poppentheater. Meestal het Rotterdamse Poppentheater van Wim Noordegraaf . In een klein tentje met een eigen tribune is hij een vertrouwd beeld op het Wereldcircus-terrein, maar ook andere poppentheaters zoals ‘de Toverdoos’ waren te gast op het tentterrein.
‘Workshops’. Sinds 2000 werden meestal een aantal workshops tijdens de festivaldagen georganiseerd. Vaak zijn het de artiesten uit het Wereldcircus zelf die in de pauze’s van het tentprogramma de jeugd aan de beginselen van de traditionele Balinese -, turkse of buikdans, percussie, ritmes, zang en/of circusacts laten ruiken. Volwassenen blijven bij dit soort activiteiten meestal op de ‘achtergrond’ maar genieten wel van hetgeen zich op de planken van de tent afspeelt.
De combinatie van workshops en een theater-aanbod is een waardevolle formule gebleken. Wie muziek maakt leert luisteren en wie schildert leert kijken. De workshops vergroten de band met het publiek. Wie net een workshop buikdansen heeft gevolgd of heeft zien geven is ontvankelijker voor een tere voorstelling van een Balinese danseres met al haar verfijnde bewegingen. Wie net een verhaal heeft mogen begeleiden met kleine percussie luistert vervolgens weer anders naar zowel verhalen als naar muziek.
Doordat het Wereldcircus altijd in beweging was en ieder jaar wisselde van acts heeft het ruim 17 jaar door de Rotterdamse wijken getrokken. Jarenlang deed het Wereldcircus ieder seizoen alle deelgemeentes van Rotterdam aan.
Scholendagen
In 2000 ging het Rotterdams Volkstheater met scholendagen van start. Gericht op basisonderwijs. Speciale programmadagen in en rond De Tent met theaterprogrammering in De Tent, deelname aan het kinderkunstproject ‘De Kleurbende’ en dans –, percussie – en circusworkshops in de ‘satelliettentjes’. Op een scholendag kunnen drie tot vier grote groepen op het tentterrein kijken en meedoen met een vaak op maat gemaakt aanbod van culturele activiteiten.
Einde Wereldcircus, een nieuwe fase
Door het wegvallen van de deelgemeentes in Rotterdam valt het doek definitief voor het Wereldcircus. De financiële basis valt weg voor deze jaarlijkse tournee. Meer en meer ontwikkelt het Volkstheater samen met lokale partners evenementen die afgestemd zijn op de specifieke wijken, een werkwijze die de basis vormt voor onze huidige programmering. Werelds Delfshaven, het Zuiwijkspektakel, Made in Africa, Bezielende Zaterdagen, Wijkmarkt Lombardijen, Bruisende Woensdagen, Wereld Wijde Wijk, Muziek op de Rotte, Feestival…allemaal voorbeelden van evenementen die gegroeid zijn in de Rotterdamse wijken. Vaak met programmering die afkomstig uit de verschillende gebieden. Het Volkstheater is in veel gevallen de organistaor en vult de lokale programmering aan met acts of groepen uit haar door de jaren heen opgebouwde netwerk..
Tentverhuur
Begon het verhaal van het Volkstheater met het “cadeau” van de circustent, nu beschikt het Volkstheater over tal van kleine tenten, podia, een tribune, theaterinrichting, een nieuwe theatertent en (nog steeds) onze oude trouw circustent.
Deze tenten en materialen vormen de bouwsteentjes voor de evenementen. Je kan ze zo groot of klein krijgen als je wilt, ze in stukjes knippen, door elkaar husselen en binnenstebuiten keren. Het resultaat is er echter altijd op gericht om op willekeurig welk plein of straat een unieke sfeer en een intimiteit te creëren Een sfeer waar mensen even voor blijven staan, anderen ontmoeten en zich verbazen over vreemde en onverwachte zaken die eigenlijk helemaal niet op dat pleintje thuishoren. Zaken waarvan de echo nog lang blijft naklinken.
Deze charme is ook anderen opgevallen. De tenten van het Rotterdams Volkstheater worden niet alleen ingezet voor eigen producties maar heel vaak ook ingehuurd voor wijkevenementen die door anderen worden georganiseerd. Het Volkstheater helpt graag mee bij het organiseren en deelt indien nodig kennis en contacten.